Een nieuwe kijk

Expo1910

Een nieuwe kijk

In 1880 en 1897 waren er in Brussel, op het oude terrein van de militaire manoeuvres van de stad, d.i. het huidige Jubelpark, twee grote plaatselijke tentoonstellingen georganiseerd. Gezien de omvang van de tentoonstelling van 1897 had een gedeelte ervan al in Tervuren gevestigd moeten worden. De organisatoren van de tentoonstelling van 1910 zochten een grotere locatie op het Brusselse grondgebied en lieten hun keuze vallen op de onbebouwde terreinen langs het Ter Kamerenbos, dat de geliefkoosde wandelplaats van de Brusselaars was. Dankzij dit nieuwe grondgebied dat in 1907 bij de stad was ingelijfd, kreeg deze manifestatie een tot dan toe ongekende omvang.

Op 21 april 1910 opende de heel jonge koning Albert I officieel de tentoonstelling die zich van de huidige Franklin Rooseveltlaan tot het Kerkhof van Elsene uitstrekte. In de architecturaal opvallende paviljoenen werd een twintigtal landen gehuisvest, alsook een aantal specifieke thema’s (zoals het Paleis van de Vrouwelijke werkzaamheden) en talrijke ondernemingen, attracties en cafés. Naast het geweldige succes van de tentoonstelling heeft de afschuwelijke brand die in de nacht van 14 op 15 augustus een gedeelte van de gebouwen verwoestte grote indruk gemaakt. Gelukkig betreurde men geen menselijke slachtoffers, maar de schade was aanzienlijk. Dit belette de organisatoren niet in allerijl een gedeelte van de paviljoenen opnieuw op te trekken.

Na afloop van de tentoonstelling op 8 november 1910 bleek dat de organisatoren hun doel ruimschoots hadden bereikt: sommige bronnen spraken zelfs van 13 miljoen bezoekers. Maar misschien belangrijker dan het onmiddellijke succes van de tentoonstelling is het feit dat al deze evenementen een essentiële rol hebben gespeeld in de uitbreiding van de hoofdstad en de verstedelijking van nieuwe wijken. Na afloop werden de gebouwen zoals gepland volledig gesloopt, maar in het begin van de jaren 20 werd de avenue des Nations, de belangrijkste as van de Tentoonstelling die na de Tweede Wereldoorlog in Franklin Rooseveltlaan werd omgedoopt, tot aan de Hippodroom van Bosvoorde doorgetrokken. Dit bevorderde de verstedelijking van deze nieuwe hoofdstedelijke wijk, waarin prachtige en indrukwekkende huizen werden gebouwd. Toen de universiteit gedwongen werd het centrum van de stad te verlaten, trokken de braakliggende terreinen van de Solbosch eveneens de aandacht van de academische overheid van de ULB.

De tentoonstelling van 1910 stelt dus een zeer belangrijk onderdeel van de culturele, historische en stedenbouwkundige ontwikkeling van Brussel voor. Maar ze is vreemd genoeg nog nooit diepgaand onderzocht. Daarom hebben de historici van de faculteit van Letteren en Wijsbegeerte besloten deze vrij onbekende, voor de geschiedenis van de hoofdstad echter belangrijke tentoonstelling te bestuderen in het kader van een originele samenwerking met hun collega’s van de faculteit van Toegepaste Wetenschappen. Het doel is in 2010 een zes weken durende tentoonstelling te organiseren, als herdenking van het honderdjarige jubileum van deze Wereldtentoonstelling.

Dankzij gebruikersvriendelijke multimediatechnologieën zal het publiek tijdens de tentoonstelling de geschiedenis van de wijk waar de universiteit gevestigd is, kunnen ontdekken. Daarnaast zullen prachtige iconografische documenten uit privé- en openbare collecties tot hun recht komen. De tentoonstelling zal niet alleen een klassieke inhoud vertonen, zoals vitrines met uitgeleende kostbare voorwerpen en documenten en posters met een historische analyse van de documenten, ze zal ook gericht zijn op de moderniteit dankzij het gebruik van de techniek in 3D. Zo zal bijvoorbeeld een “interactief boek” de verschillende landen en paviljoenen van de tentoonstelling voorstellen en zal de bezoeker, dankzij een film, de plattegronden van de locatie door de jaren heen kunnen zien.

Er wordt al twee jaar gewerkt aan de 3D-modelbouw van de toenmalige paviljoenen, op basis van genumeriseerde postkaarten en plattegronden. Dankzij deze techniek zal de bezoeker op termijn het Expoterrein ook virtueel kunnen bezoeken, een land kunnen uitkiezen om het corresponderende paviljoen op interactieve wijze te visualiseren, en bijkomende tekstuele of sonore inlichtingen kunnen verkrijgen. Door deze modelbouw kunnen interessante en attractieve stands met de laatste technologische snufjes gerealiseerd worden. Uitgaande van het numerieke model van een gebouw, kan men bijvoorbeeld een maquette voorstellen die via de 3D-printer is uitgewerkt of het montageplan van een kartonnen maquette die automatisch door de computer wordt geproduceerd. De gebruikte technieken zullen via posters of films uitgelegd worden.